‘Taboeloos kijken naar hoe het sneller kan’

Panelgesprek op het scherp van de snede 

Kan de luchtvaartsector met zijn focus op technologie de klimaatdoelen wel halen? Daarover gaan Hedwig Sietsma, directeur klimaatbeleid bij KLM, Marjolein Demmers, directeur Natuur & Milieu en Lodewijk Asscher met elkaar in gesprek. 

Demmers is duidelijk in het panelgesprek: volgens haar kan het niet. “Inzetten op technologie en efficiency zijn voor de lange termijn heel belangrijk, maar voor ons huidige probleem lost het niets op. Daarvoor kan de luchtvaart alleen maar kijken naar minder vliegen. En dat is pijnlijk.” De directeur van Natuur & Milieu moedigt de sector aan om over nieuwe verdienmodellen na te denken. “Wat zijn mogelijkheden om nog steeds een goede luchtvaart te hebben voor Nederlanders, terwijl we tegelijkertijd minder vliegen?”  

Asscher vindt het belangrijk om kritische geluiden als die van Gerrit Hiemstra en Marjolein Demmers naar binnen te halen, benadrukt hij. “Ik zie het als een teken van volwassenheid om alle stemmen in dit debat te horen. Uiteindelijk moeten we toe naar een veranderingsstrategie waarbij we steeds aan snelheid winnen. Daarvoor moeten we taboeloos kijken naar hoe het sneller kan.” 

Technologie is óók een van die manieren, daar is Hedwig Sietsma van KLM van overtuigd. “We hebben een groot probleem en daarom hebben wij ons als KLM gecommitteerd aan strikte targets. Vliegen zal blijven groeien en het is aan ons om dat zo duurzaam mogelijk te doen. Stapje voor stapje geven we daar invulling aan.” KLM doet bijvoorbeeld veel met synthetische kerosine en SAF, duurzame vliegtuigbrandstof. “Dat zie ik als een mooie transitiemiddel en doordat wij er veel vraag naar hebben, brengen we de markt op gang. Maar ook hier zie je de schaarste in grondstoffen.” 

Waarde creëren
Demmers vraagt om leiderschap in de luchtvaartsector. “Ik zou jullie willen uitnodigen: laat het niet op je afkomen, maar denk na over een kleinere luchtvaartsector die nog steeds waarde creëert.” Sietsma vindt dat KLM dat leiderschap al toont, bijvoorbeeld als grootste inkoper van duurzame brandstof. “Maar wat dit gesprek moeilijker maakt is dat deze sector wereldwijd opereert. Dat de sector in China en India nog flink gaat groeien.” Asscher vindt het terecht dat Demmers vraagt om leiderschap. “Alleen hebben we nu nog te maken met het cynische element dat slecht gedrag beloond wordt.”

Olievlek
Vanuit de zaal stelt Vincent de Haes, een van de bestuursleden van Young NAG, de jongerenorganisatie van brancheorganisatie NAG, een confronterende vraag. “Wie werkt er in 2050 nog in deze sector?” Slecht een klein deel van het publiek steekt zijn hand op. “Mijn vraag aan het panel is: hoe zorgen we ervoor dat we de phd’ers, masterstudenten, mbo’ers en hbo’ers van nu betrekken bij de doelen voor 2050. Zij hebben nu weinig zeggenschap, terwijl het over hun rol gaat.” 

Sietsma herkent de tweestrijd waarin veel jongeren in de luchtvaartsector zitten. Zij voelt dat, als jonge professional bij een luchtvaartmaatschappij, zelf ook. “We willen de sector van binnenuit veranderen, en ik zie bij KLM dat onze aanwezigheid als een olievlek werkt. Tegelijker worden we extern continu bevraagd over waarom we in deze sector werken. Dat legt veel druk op jongeren in deze sector.” “Maar om die olievlek te kunnen zijn, moet je wel ruimte krijgen”, reageert De Haes. “We worden nu soms tegengewerkt. Ik zou graag zien dat er beter naar ons kritische geluid geluisterd wordt.” 

“De nieuwe generatie is heel belangrijk voor de transitie”, bevestigt Demmers. “We hebben dwarsdenkers nodig, mensen die buiten de gebaande paden kijken.” En Asscher besluit: “We hebben een grote puzzel op te lossen. We willen reizen, maar maken daarmee tegelijkertijd onze planeet ziek. De knapste koppen zijn nodig bij overheid, in het bedrijfsleven en in het onderwijs. Als je laat zien dat je aan die puzzel werkt, houd je jongeren binnen.”